
(Dag 1690) Samen met mijn buurman Cees ben ik op weg voor een vakantie in Marokko. In de loop van de ochtend komen we in de Zuid-Spaanse plaats Algeciras aan. Van daaruit reizen we met een veerboot naar de Marokkaanse stad Tanger, waar veel jonge Marokkanen niet kunnen begrijpen dat we niet roken en ook geen hasj gebruiken.
Naar de index en het einde.
Dinsdag, 14 september 1976.
Op tegen 8.00 uur.
Wassen en scheren.
Aankomst in Algeciras 9.09 uur: precies op tijd.
Met de bus naar de haven.
Ticket voor de boot. In de haven buiten in een warme zon eten. Circa 11.00 uur.
Een briefkaart schrijven voor Pa en Ma en Opa.
Tegen 13.15 uur vertrekt de boot. Ik maak de eerste dia’s van Algeciras en Gibraltar. De boot vaart in 2,5 uur van Algeciras naar Tanger.
In Spanje heerst Oost-Europese tijd, in Marokko Greenwich tijd.
We arriveren rond 14.00 uur in Tanger.
Het eerste buiten-Europese contact op Afrikaanse bodem is niet zo overdonderend als ik verwacht had.
We lopen dwars door de Medina, hulpaanbieders wegwimpelend en land-van-herkomst-vragers om de tuin leidend (we komen uit de hemel, we komen uit China) naar het toeristenbureau.
Dit is het enige bureau waar we vriendelijk geholpen worden tijdens onze Marokkaanse reis.
De Engels sprekende heer wijst ons hotel Massilia als ideale slaapplaats: goed een goedkoop.
Uitgeput liggen we op bed. We douchen en lopen de stad in.
Eten in een westers restaurant, zonder vlees. Verdwalen bijna in de Medina en lopen door de Mellah.
Alles is levenslustig: het is het einde van een Ramadandag.
Hasjverkopers, directe, zo van: “Wil je hasj?” tot jongelui die tien minuten tot een kwartier de tijd nemen voordat ze over hasj beginnen. Het is voor Marokkanen niet te begrijpen dat we niet roken.
In het hotel drinken we muntthee en gaan tegen 00.00 uur op bed.
Weer: in Europa, en ook in Afrika, is het zomers: heerlijk. ’s Avonds lekker.
Index
Menu – Begin – Hoofdindex – Overzicht 1972-1990 – Marokko 1976 (overzicht).