Een ontsporing… zonder doden
31 mei 1966

Menu – Foto’s – Kranten – Einde.
Maasbrug (nabij ’s Hertogenbosch)
(Provincie: Noord-Brabant.)
De Pinkstervakantie 1966 had ik doorgebracht bij mijn geliefde oom Tjitte, een echte kindervriend, die in het Friese Akkrum woonde. Ik was op weg naar huis en zat in de trein tussen Utrecht en Maastricht in het voorste rijtuig direct achter de locomotief, helemaal vooraan, de voorste coupé.
In die tijd hadden de personenrijtuigen aan het begin / einde, twee coupés met acht (of zes?) zitplaatsen. Vanaf het balkon, daar waar de ingangsdeuren van de wagen waren, liep een smal gangpad aan de zijkant naar beide coupés en elke coupé kon afgesloten worden met een schuifdeur. Tussen beide balkons (begin / einde van het rijtuig) met de toegangsdeuren van de wagen, was het gedeelte met meerdere zitplaatsen.
Vlak voor de brug over de Maas bij Hedel, nabij ’s Hertogenbosch / Den Bosch ging de trein door een wissel, want op de brug lag enkelspoor, maar ervoor en erna dubbelspoor.
In de voorste coupé zat ik naast het raam, met mijn rug in de rijrichting van de trein, dus zuidwaarts. In de coupé zat, behalve ik, nog een jonge vader en moeder, met twee of drie kinderen en nog meer passagiers.
Op het moment dat ons rijtuig door de wissel ging hoorden we onder onze zitplaatsen een heel harde klap en vervolgens hobbelden we over de brug. Er was vermoedelijk een as gebroken en de wielen ‘huppelden’ over de bielsen / dwarsliggers. De trein remde heel sterk af.
Op alle(?) Nederlandse bruggen ligt naast de rails, aan de binnenzijde nog een paar rails. Onze ontspoorde wagen bleef tussen die extra rail en de eigenlijke rail hangen, (als die veiligheidsrails er niet waren geweest was ons rijtuig zeker door de brugpijlers heen gebroken en in de Maas gestort) maar toen we over de burg waren en die veiligheidsrails ophielden, trok onze wagen de locomotief uit de rails. Langs het raam waar ik zat schoof de modder voorbij en we kwamen er steeds dieper in terecht. De vader riep kalm, maar luid en duidelijk: “Geen paniek, geen paniek!”
Toen alles stillag heb ik het raam opengedraaid (in die tijd waren er bij alle zitplaatsen ramen die je omhoog of omlaag kon draaien) en ben door het raam naar buiten gekropen.
Op de spoordijk hebben we gewacht op het verdere verloop van de gebeurtenissen. Aan de voet van de dijk lag het chauffeurscafé Treurenburg en daar waren veel kijkers. Op den duur heb ik een lift gekregen naar Den Bosch, samen met een andere passagier, een oudere man. Althans veel ouder dan ik, want ik was toen vijftien jaar. Ook meen ik dat er een zwangere vrouw meereed.
Ik had dit traject al vele jaren alleen afgelegd, wanneer ik naar mijn oom op bezoek ging. In mijn herinnering zelfs vanaf mijn zevende jaar, maar ik weet niet meer of dat wel klopt.
Ik heb bij dit ongeluk geen lichamelijk letsel opgelopen, maar ik schrok nog jarenlang wanneer een trein met veel lawaai door een wissel ging. In die zin was er sprake van een traumatische ervaring.
In mijn herinnering gebeurde er nog een bijna ongeluk op het traject tussen Den Bosch en Maastricht, toen een goederentrein zo dicht bij onze trein kwam, dat de klink van een van de deuren eraf werd gereden. (De deuren hadden toen nog klinken aan de buitenkant.) Vermoedelijk is dat niet op 31 mei gebeurd, maar zo is het wel in mijn herinnering blijven ‘hangen’. Het geheugen van de mens is onbetrouwbaar.
Wel heb ik tegenwoordig nog steeds lichte angst wanneer twee treinen vlak naast elkaar rijden, zoals dat geregeld gebeurt. Overigens hou ik van treinreizen en doe het heel vaak en met veel plezier, vooral omdat je er altijd interessante mensen ontmoet, uit allerlei windstreken, taalgebieden of culturen.
Nationaal Archief
Fotocollectie Anefo.
Foto 1 – Foto 2 – Foto 3 – Foto 4.
Berichten in enkele kranten.
Brabants Dagblad (voorpagina).
Brabants Dagblad (pagina 3).
De Nieuwe Limburger.
Het Vrije Volk.