

Twintig jaar geleden: dagboekfragment 10 april 1996 (zaterdag).
Tarim (Tarim, Riaad al-Salihien).
Op 7.30 uur. Ik ben nog moe na circa tien uur in bed liggen.
Bibliotheek.
Levensmiddelen kopen.
Sjeik AB wil weten hoe het project ervoor staat. Hij wil een deel van de bibliotheek inrichten als kantoor met wanden van de al aanwezige kasten. Heeft hij dat in die voorgaande jaren niet kunnen bedenken? Moeten wij nu komen, helemaal uit Nederland, om die kasten voor hem te verplaatsen?
Het blijkt dat er in Tarim zelfs een telecommunicatiecentrum is en een van de medewerkers van de bibliotheek brengt ons erheen. Er is ook telecommunicatie mogelijk, in principe …, maar vandaag niet, want het papier om de rekening op uit te schrijven is op!(1) Voor Nico is dit de voorlaatste druppel in de emmer.
De laatste twee halve druppels volgen in de belwinkel, als hij contact met de Nederlandse Ambassade heeft, maar tijdens het doorverbinden wordt gestoord door de PTT-telefoniste. Kwaad geeft hij de hoorn terug met de mededeling dat er ‘een moslima’ in de lijn zit. Als de telefonist in de winkel daarna een niet-op-zijn-beurt wachtende man er tussen door helpt, is voor Nico de maat vol en loopt hij weg.
Nico is duidelijk aan het eind van zijn latijn. Hij kan het geduld, dat je hier moet hebben, niet meer opbrengen en vind dat hij zijn kostbare onderzoekstijd hier verdoet met niks doen, omdat de container met spullen maar niet komt.
Hij wil niet naar al-Mukalla gaan, hoewel MN (Nederlandse Ambassade) dat gevraagd heeft, omdat wij geen ontvangstpapieren hebben. Hoewel ik ook denk dat we daar niet veel zouden kunnen uitrichten, zouden we daar ter plaatse misschien toch de zaak kunnen opnemen en contact hebben met de transporteur Red Sea Packing (hoewel die in Sana’a zeiden dat we maar beter in Tarim konden blijven) en een betere (telefonische) verbinding met Sana’a hebben.
Nico is echter eerstverantwoordelijke en heeft de leiding. Hij is bovendien geïrriteerd, dus moet ik in deze gevoelige kwestie ‘low profile’ houden.
’s Ochtends dachten we dat het materiaal al gearriveerd was, toen we werden aangesproken door vrachtwagenchauffeur. Hij had dozen die verdacht veel leken op ‘onze’ dozen in de laadbak liggen, maar ook een olievat en een generator.
Nico vroeg hem waar de rest was.
Er ontstond op de smalle weg een verkeersprobleem, toen een tegenligger niet achteruit wilde en ‘onze’ vrachtwagen ook niet. Hard tegen hard. Uiteindelijk ging de vrachtwagen achteruit.
Tijdens het daaropvolgende gesprek bleek dat de lading voor een oliemaatschappij in de buurt was!
Na de middag zwemmen.
Even studeren in de “Riaad al-Salihien” van al-Nawawi.
Twee uur slapen. Ik sliep afgelopen nacht tien uur en nu was ik nog steeds moe.
Daarna nog werken aan de “Riaad al-Salihien”
Van 18.00 tot 22.00 bij Nico. Ook koken: uien, tomatenpuree en macaroni.
Nu 23.00 uur.
De hele atmosfeer hangt vol stof.
Housemuziek luisteren en lezen tot 00.15 uur.
(1) De mensen hier blijven wel (ex-)communisten: overal is bureaucratie. Dit stelt me in de gelegenheid iets te vermelden dat Abd al-Rahmaan A. mij eens vertelde. De lokale oliemaatschappij neemt geen Jemenieten in dienst, maar alleen maar Somali’s en Kenianen. Het bleek dat de Jemenieten voordat ze aan het werk gingen, eerst werkoverleg wilden voeren en arbeidersparticipatie eisten. Daar zat die oliemaatschappij natuurlijk niet op te wachten.
Dit is het einde van dag 25 (van 93 dagen totaal) van mijn verblijf in Jemen in 1996. Naar dag 1. (Naar alle gepubliceerde dagen.)
Door op de twee eerste letters van een link te klikken, wordt in een nieuw tabblad de geografische locatie van de plaats in Google Maps weergegeven. Wanneer u op de derde en volgende letters klikt wordt u in een nieuw tabblad verbonden met de Wikipediapagina over deze locatie. Bij begrippen wordt alleen Wikipedia geopend.